Met de oefening “Een wandeling in het park” wilden we je laten nadenken over je eigen referentiekader en de normen die je aangeleerd kreeg. Maar wat zijn dat precies, je referentiekader en normen?
Referentiekader
Je referentiekader is als een bril waardoor je de wereld bekijkt. Alles wat je ziet en begrijpt, wordt gefilterd door deze bril.
Het bestaat uit alles wat je gelooft, hebt meegemaakt en geleerd. Ook je normen vallen hieronder. Het beïnvloedt hoe je situaties interpreteert, beslissingen neemt en met anderen omgaat.
Iedereen heeft een uniek referentiekader omdat we allemaal verschillende ervaringen hebben gehad. Dit kan soms leiden tot misverstanden omdat mensen dezelfde situatie anders kunnen zien vanwege hun verschillende referentiekaders.
Normen
Normen zijn (ongeschreven) regels over hoe we ons moeten gedragen. Ze maken deel uit van ons referentiekader.
Stel, jij en ik komen elkaar tegen. Om elkaar te begroeten geven we elkaar een hand. Dat is geen wet, maar een norm, in dit geval een beleefdheidsnorm.
Stel, ik reik mijn linkerhand in plaats van mijn rechterhand. Onze kennismaking zou stuntelig worden. Ik ‘overtreed’ immers deze beleefdheidsnorm. Word ik hiervoor gestraft? Gelukkig niet.
Maar… als iemand een bepaalde norm ‘breekt’ dan kunnen er wel afkeurende of negatieve reacties komen.
Kort gezegd bepalen normen dus wat we ‘norm’aal vinden binnen een bepaalde tijd of cultuur en wat niet. Maar wat is dat eigenlijk, normaal?